De Europese Commissie heeft op 26 februari 2025 een Omnibusvoorstel gepubliceerd om:
- ‘red tape’ (bureaucratie) met € 6 miljard te verminderen en EU-regels voor bedrijven te vereenvoudigen waaronder de CSRD, CSDDD en Taxonomieverordening (Omnibus I) en
- innovatie en concurrentievermogen in heel Europa te bevorderen door het mobiliseren van € 50 miljard extra aan publieke en private investeringen via garanties (Omnibus II).
In dit artikel wordt de inhoud van het Omnibusvoorstel beschreven en wat dit betekent voor bedrijven die al bezig zijn met de voorbereiding op de CSRD en mogelijk buiten de scope van >1.000 medewerkers vallen.
Samengevat omvat het Omnibusvoorstel:
- Een voorstel voor een richtlijn tot wijziging van de CSRD en de CSDDD;
- Een voorstel dat de toepassing van alle rapportagevereisten in de CSRD met 2 jaar uitstelt voor bedrijven die in 2026 en 2027 hadden moeten rapporteren (zogenaamde bedrijven uit golf 2 en golf 3). Dit voorstel is inmiddels goedgekeurd door zowel het Europese Parlement als de Europese Raad.
- Een voorstel dat de toepassing van alle rapportagevereisten in de CSDDD met 1 jaar uitstelt tot 2028.
- Een voorstel tot wijziging van de Taxonomy Disclosures en de Taxonomy Climate and Environmental Delegated Acts.
- Een voorstel tot wijziging van de Carbon Border Adjustment Mechanism-verordening (CBAM).
- Een voorstel tot wijziging van de InvestEU-verordening (Omnibus II).
Inhoud Omnibus I
Welke bedrijven vallen binnen en buiten het bereik van de CSRD?
- Alle bedrijven met maximaal 1.000 werknemers en een omzet van 50 miljoen of een balanstotaal van 25 miljoen vallen buiten het bereik van de CSRD. Het aantal CSRD-plichtige bedrijven wordt hiermee met 80% verlaagd van oorspronkelijk 50.000 bedrijven naar minder dan 10.000 bedrijven. Voor deze bedrijven is het toegestaan vrijwillig te rapporteren over duurzaamheidskwesties en de EU-taxonomie op basis van vrijwillige standaarden voor het MKB (Voluntary Small Medium Enterprise, VSME).
- Bedrijven die in 2026 en 2027 hadden moeten rapporteren (zogenaamde bedrijven uit golf 2 en golf 3) krijgen 2 jaar uitstel en zullen voor het eerst in 2028 verslag moeten uitbrengen.
Belangrijkste veranderingen op het gebied van duurzaamheidsrapportages:
- Voor bedrijven die binnen het bereik vallen (meer dan 1.000 werknemers en een omzet van 50 miljoen of een balanstotaal van 25 miljoen), zal de Commissie bestaande standaarden voor duurzaamheidsrapportages (European Sustainability Reporting Standards, ESRS) herzien en vereenvoudigen. Doel is een vermindering van de administratieve lasten met ten minste 25% en voor het midden- en kleinbedrijf met ten minste 35% te realiseren. EFRAG is gevraagd om uiterlijk 31 oktober 2025 met een voorstel tot vermindering van de administratieve lasten (ESRS) met ten minste 25% te komen.
- Er komen geen sectorspecifieke standaarden (ESRS).
- ‘Limited assurance’ blijft vereist maar de geplande ‘reasonable assurance’ komt te vervallen.
Taxonomieverordening wordt versimpeld:
- Alleen grote bedrijven met meer dan 1.000 werknemers en meer dan 450 miljoen omzet hoeven aan de Taxonomieverordening te voldoen.
- Bedrijven die alleen aan bepaalde eisen van de EU-taxonomie voldoen, kunnen ervoor kiezen om vrijwillig te rapporteren over hun gedeeltelijke taxonomie-alignment.
- De rapportagesjablonen van de Taxonomieverordening worden versimpeld door het hanteren van een materialiteitsdrempel, wat leidt tot een vermindering van Do No Significant Harm (DNSH) datapunten met bijna 70%.
- De green asset ratio (GAR) voor banken wordt versimpeld door blootstelling aan ondernemingen die niet onder de CSRD vallen uit de noemer te laten.
Dubbele materialiteitsperspectief verandert niet:
- Het omnibusvoorstel verandert niets aan het ‘dubbele materialiteitsperspectief’, wat betekent dat bedrijven die binnen het toepassingsgebied blijven, moeten rapporteren over de manier waarop duurzaamheidsrisico’s hun bedrijf beïnvloeden en over hun eigen impact op mens en milieu.
Wat betekent dit voor bedrijven die al bezig zijn met de voorbereiding op de CSRD en mogelijk buiten de scope (<1.000 medewerkers) vallen?
Bedrijven kunnen kiezen uit de volgende opties:
1. Doorgaan op de ingeslagen weg en de CSRD vrijwillig en volledig toepassen.
- Deze optie is geschikt voor bedrijven die al ver gevorderd zijn met het toepassen van de CSRD, die hoge duurzaamheidsambities hebben en hoge verwachtingen van stakeholders, zoals aandeelhouders, beleggers, klanten en werknemers willen waarmaken. Door vrijwillig de CSRD toe te passen, kunnen bedrijven zich positief onderscheiden van peers die dat nalaten.
- Deze bedrijven hebben al een DMA uitgevoerd en zijn al ver met het toepassen van ESRS standaarden op materiële thema’s (scope, IRO’s, stakeholders, KPI’s, doelstellingen, beleid en maatregelen zijn al in kaart gebracht).
- Vrijwillig toepassen kan direct (over het boekjaar 2025) of op termijn, bijvoorbeeld omdat bedrijven meer tijd nodig hebben en/of eerst willen afwachten hoe de administratieve lasten volgens het Omnibusvoorstel worden verminderd (25% minder datapunten).
2. Doorgaan op de ingeslagen weg en de CSRD beperkt toepassen.
- Deze optie is geschikt voor bedrijven die al ver gevorderd zijn met het toepassen van de CSRD en waarbij het beperkt toepassen van de CSRD voor stakeholders acceptabel is, zodat reputatieschade wordt voorkomen.
- Denk bij ‘beperkt toepassen’ aan het rapporteren over materiële thema’s op basis van een dubbele materialiteitsanalyse (DMA) en – voor de vergelijkbaarheid met andere bedrijven – op basis ESRS rapportagestandaarden. Let op, deze bedrijven mogen niet claimen dat ze CSRD-compliant zijn.
3. Rapporteren op basis van de VSME standaard.
- Deze optie is geschikt voor bedrijven met beperkte duurzaamheidsambities en waarbij het toepassen van de VSME standaard voor stakeholders acceptabel is, zodat reputatieschade wordt voorkomen.
- Deze standaard is in ontwikkeling en wordt gebaseerd op een vrijwillige standaard voor het MKB (Voluntary Standard for SMEs, VSME) uit december 2024.
- De VSME is met thans 66 pagina’s veel lichter dan de CSRD met 284 pagina’s aan rapportagevereisten.
- De DMA is vervangen door een ‘if applicable principle’ vanwege de complexiteit voor het MKB.
- Uiteindelijk wordt de VSME een ‘delegated act’.
4. Op de oude voet en huidige rapportagestandaard (bijvoorbeeld GRI) verdergaan.
Deze optie is geschikt voor bedrijven met beperkte duurzaamheidsambities, andere prioriteiten en/of waarbij het toepassen van de huidige standaard voor stakeholders acceptabel is, zodat reputatieschade wordt voorkomen.
Wat zijn de volgende stappen in het EU besluitvormingsproces?
Het Omnibus-wetgevingsproces duurt naar verwachting 3-4 maanden (fast-track) mits het voorstel voldoende steun in de Raad van de EU en het Europees Parlement krijgt (eind juni/juli 2025). Hierna goedkeuring en publicatie in het Publicatieblad van de Europese Unie (eind 2025/begin 2026)..
Updates:
- De Raad heeft op 26 maart 2025 het voorstel om voor bedrijven, die in 2026 en 2027 hadden moeten rapporteren in lijn met de CSRD met 2 jaar uit te stellen, goedgekeurd. Dit voorstel is op 3 april 2025 ook door het Europese Parlement goedgekeurd. Om in werking te treden, moet het wetsontwerp nog formeel worden goedgekeurd door de Raad, die dezelfde tekst op 26 maart 2025 heeft goedgekeurd.
- EFRAG is gevraagd om uiterlijk 31 oktober 2025 met een voorstel tot vermindering van de administratieve lasten (ESRS) met ten minste 25% te komen
ESG Support nodig?
Bel me (06 5203 4724) of stuur een e-mail naar bas.knol@esgsupport.nl.
Bronnen
- Voluntary Standard for SMEs, VSME), EFRAG, december 2024.
- Commission proposes to cut red tape and simplify business environment, Europese Commissie, 26 februari 2025
- Questions and Answers – Omnibus package, Europese Commissie, 26 februari 2025
- Simplifying EU rules and boosting competitiveness– Omnibus I, Europese Commissie, 26 februari 2025
- Sustainability and due diligence: MEPs fast-track vote on postponed application, Europees Parlement, 1 april 2025